Minister Tommelein, Eandis en Infrax stellen Vlaamse digitale energiemeters voor
Nieuwe meters worden uitgerold vanaf januari 2019
Bart Tommelein, Vlaams minister van Energie, heeft vandaag de nieuwe Vlaamse energiemeters voorgesteld tijdens een persmoment van netbeheerders Eandis en Infrax bij ‘Living Tomorrow’ in Vilvoorde. De digitale meters vervangen binnenkort stapsgewijs de klassieke meters voor elektriciteit en aardgas met mechanische telramen. In januari start de officiële uitrol bij specifieke doelgroepen over heel Vlaanderen. Op langere termijn krijgen alle gezinnen en kleine bedrijven zo’n digitale meters.
In februari 2017 besliste de Vlaamse regering dat de digitale meter voor gas en elektriciteit vanaf januari 2019 officieel in Vlaanderen wordt ingevoerd.
Bouwers, verbouwers, nieuwe eigenaars van zonnepanelen waarbij een metervervanging nodig is en gezinnen met een budgetmeter komen eerst aan de beurt. De Vlaamse netbeheerders Eandis en Infrax, die samen instaan voor de plaatsing van de meters, hebben recent IBM en Sagemcom aangeduid als partners voor het eerste lot meters en de bijbehorende gegevenssystemen. Vandaag werden de eerste exemplaren aan de pers getoond tijdens een persmoment in Living Tomorrow – het huis van de toekomst – in Vilvoorde.
Vlaanderen kiest voor een zoveel mogelijk ‘standaard’ digitale meter die de consument eventueel kan uitbreiden met extra ‘slimme’ toepassingen als apps of slimme toestellen. Op die manier wordt de maatschappelijke kost gedrukt. Netbeheerders Eandis en Infrax staan in voor de digitale meters zelf, terwijl alle extra toepassingen worden ontwikkeld door marktspelers (energieleveranciers en eventuele nieuwe technologiespelers) en vrij kunnen worden gekozen.
Cruciaal voor de energietransitie
Vlaanderen is een van de laatste regio's in Europa die naar digitale meters overschakelt. De mechanische meters die we kennen zullen binnenkort niet meer worden geproduceerd. Er moet dus sowieso een nieuw standaardmodel voor de toekomst gekozen worden.
Daarnaast verandert het energielandschap erg snel: we gaan van centrale productie meer en meer naar lokale productie. We hebben dus ook meters nodig die niet alleen de afname maar ook de door de klant zelf geproduceerde energie meten. Deze digitale meters monitoren de veiligheid en stabiliteit van die ‘nieuwe’ energienetten en zijn zo belangrijk in de energietransitie.
Voordelen
Consumenten krijgen dankzij een digitale meter meer details over hun dagelijks verbruik. Daarnaast maken de digitale meters ook heel wat diensten gemakkelijker of goedkoper. Zo lopen meteropnames voortaan op afstand, en hoeft er ook geen technicus meer langs te komen voor een wissel tussen dagtarief en tweevoudig uurtarief.
De digitale meters bieden ook heel wat nieuwe mogelijkheden voor specifieke klantengroepen. Zo komt er een nieuw informatie- en betaalplatform voor budgetmeterklanten, ter vervanging van het huidige betaalkaartensysteem. Prosumenten krijgen op termijn dan weer meer mogelijkheden om hun groene stroom te ‘vermarkten’, indien ze meer produceren dan ze verbruiken. Zo kunnen ze voorkomen dat er rendement verloren gaat.
Energieleveranciers en bestaande of nieuwe technologiespelers kunnen nieuwe, slimme toepassingen (vb. apps) ontwikkelen die het voor consumenten makkelijk zal maken om energieverbruik te sturen en zo te besparen.
Digitale meters helpen de netbeheerders dan weer om de energienetten efficiënt te beheren. Ze kunnen het evenwicht op het net beter bewaken doordat afname en injectie apart kunnen worden gemeten. De technische data uit de meter helpen hen ook om de juiste keuzes op het vlak van investeringen te maken. En ze maken gerichter onderhoud mogelijk.
Voor de samenleving als geheel tenslotte, zijn de digitale meters belangrijk in het kader van de energietransitie: de overgang naar een decentraal energiesysteem met volop hernieuwbare energie en energieopslag. Ze maken het ook mogelijk om energieverbruik en –injectie te sturen, bijvoorbeeld op basis van prijssignalen. Dat kan helpen om energie te besparen, hernieuwbare energie beter te integreren en de algemene CO2-uitstoot te verminderen.
Vanaf januari
De officiële uitrol in Vlaanderen start in januari, maar in oktober volgt eerst nog een laatste proefproject in enkele nog nader te bepalen gemeenten in de provincie Vlaams-Brabant. Eandis en Infrax willen daarmee een laatste keer hun plan van aanpak voor de uitrol testen. In januari volgt dan de echte start over heel Vlaanderen. Vanaf dat moment plaatsen de netbeheerders alleen nog digitale meters bij nieuwe aansluitingen of vervangingen. Burgers die sneller dan gepland een digitale meter willen kunnen die vanaf dan ook aanvragen. In dat geval betalen ze wel een nog nader te bepalen bedrag.
Voor de volledige uitrol van de digitale meter in Vlaanderen wordt een periode van 15 jaar voorzien. In totaal zullen 4.630.000 energiemeters vervangen moeten worden. Voor eind 2022 mikken we op 1,6 miljoen digitale meters die er al in Vlaanderen zouden moeten zijn.
Privacy gerespecteerd
Bij de introductie van de digitale meter wordt de nieuwe Europese GDPR/AVG-regelgeving volledig gerespecteerd. De klant is en blijft te allen tijde eigenaar van de data die de digitale meter kan genereren.
De digitale energiemeters communiceren draadloos en versleuteld via een beveiligd Proximus-4G-netwerk met de databeheerder. Daarbij worden één maal per dag automatisch de actuele meterstanden voor elektriciteit en gas gecapteerd en verzonden. Die zijn sowieso nodig zijn voor het opmaken van de factuur door de energieleverancier, maar zijn ook belangrijk bij een leverancierswissel of een verhuizing.
In een latere fase – dus nog niet begin 2019 - kunnen ook meer gedetailleerde data (vb. verbruikswaarden voor elektriciteit op kwartierbasis en verbruik op uurbasis voor gas) worden gecapteerd en naar de databeheerder verzonden. Dat zal pas na het expliciet en formeel akkoord van de consument gebeuren. Deze informatie kan bijvoorbeeld aangewend worden door de energieleverancier van de consument om meer feedback te geven over zijn of haar energieverbruik, om gunstigere tariefmodellen voor te stellen of om op termijn op basis hiervan specifieke tarieven te gaan aanbieden.
Poorten
De digitale elektriciteitsmeter zelf bevat ook twee gebruikerspoorten waar toestellen aan kunnen worden gekoppeld. De data uit die poorten zijn sowieso alleen lokaal beschikbaar en worden dus nooit via de 4G-verbinding naar de databeheerder verzonden.
De P1-poort maakt data over je energieverbruik op lokale schermen zichtbaar, vb. op de smartphone of laptop van de eigenaar, maar het kan ook op een apart display in de woonkamer. In Nederland wordt hetzelfde type P1-poort gebruikt en zijn al heel wat applicaties beschikbaar.
De snelle S1-poort is dan weer uniek voor Vlaanderen. De data uit de S1-poort zijn ruwe en daardoor zeer gedetailleerde data die elektrische apparaten (vb. slimme wasmachines of elektrische wagens) kunnen aansturen. Op die manier kan je die apparaten laten werken op de momenten waarop dat het goedkoopst of meest gunstig is voor je energiefactuur.
Alle functies van beide poorten zijn volledig bruikbaar vanaf 1 januari 2019.
Kostprijs
Vorig jaar maakte regulator VREG op vraag van de Vlaamse regering een uitgebreide kosten-batenanalyse over de invoering van de digitale meter in Vlaanderen. In de recentste versie ging de VREG uit van een maatschappelijke besparing van 336 miljoen euro, zij het bij een uitrol over 20 jaar. Nu de specifieke types gas- en elektriciteitsmeters gekend zijn, heeft minister Tommelein de regulator om een actualisering van de kosten-batenanalyse gevraagd. Sowieso is de impact op de energiefactuur beperkt doordat de investeringen gespreid zijn in de tijd en over alle Vlamingen worden verdeeld.
Net zoals bij de klassieke meters zitten de kosten van de digitale meters sowieso verwerkt in de nettarieven. Ze zijn dus solidair verspreid over alle netgebruikers. Bij een nieuwbouw of grondige renovatie zal een klant, net zoals nu, enkel de aansluiting en de indienststelling moeten betalen. Bij nieuwe zonnepanelen, andere decentrale energieproductie en bij bestaande prosumenten betaalt de distributienetbeheerder de digitale elektriciteitsmeter. Ook de vervangingen van budgetmeters zitten verwerkt in de nettarieven.
Wie niet renoveert of bouwt, maar toch zelf een digitale meter aanvraagt, zal zelf voor de plaatsing en de indienststelling betalen. Herstellingen of vervangingen van defecte meters blijven natuurlijk op kosten van de netbeheerder.
Minister Tommelein: “Flinke stap vooruit richting energiemodel van de toekomst”
Vlaams minister van Energie Bart Tommelein is blij dat de digitale meter eraan komt:
“Vlaanderen is één van de laatste regio’s in Europa die de overstap naar de digitale meter maakt. Met de digitale meter zetten we een flinke stap vooruit richting energiemodel van de toekomst. Als Vlaamse overheid hebben we het voorbije jaar het wettelijk kader gecreëerd, met respect voor de privacy als belangrijke bekommernis. We hebben ook bewust gekozen voor de geleidelijke invoering van een eenvoudig model. Dat beperkt de kosten voor ons allemaal en geeft iedereen de vrijheid zelf te kiezen om de digitale meter al dan niet ‘slimmer’ te maken. Nu is het aan de netbeheerders om de uitrol vanaf 1 januari 2019 in de goede banen leiden.”
Walter Van den Bossche en Frank Vanbrabant, de CEO’s van Eandis en Infrax, kijken ook zelf uit naar de start van de uitrol:
“Het is een gigantische opdracht, maar als netbeheerders zullen we er alles aan doen om de invoering van de nieuwe energiemeters vanaf januari tot een succes te maken. Steeds met het grootste respect voor de wensen van de consument, de verwachtingen van de Vlaamse overheid en de verschillende spelers in de energiemarkt."