Fluvius-medewerkers zamelen ruim 100 000 euro in voor de Voedselbanken

De medewerkers van nutsbedrijf Fluvius zamelden ruim 100 000 euro in voor de Voedselbanken. De laatste maanden van het jaar stonden in het bedrijf in het teken van de eindejaarscampagne ‘Fluvius gaat hart’, die gisteren werd afgesloten met liefst 100 222,35 euro op de teller.

Fluvius gaat hart

In oktober 2021 lanceerde Fluvius onder de naam ‘Fluvius gaat hart’ een nieuwe interne eindejaarscampagne om geld in te zamelen voor de Voedselbanken. In coronatijden is dat een extra uitdaging, omdat de nadruk op online-acties ligt. Het bedrijf lanceerde verschillende acties, waarbij de focus ook op verbinding tussen de collega’s lag. Zo kon de WarmeHartenMarkt, een online-veiling voor en door collega’s, op veel bijval rekenen. Maar ook de verkoop van uniek, in-huis-ontworpen geschenkpapier en van gerecycleerde werkkledij was succesvol. Bovendien liet de Fluvius-medewerker zijn of haar warme hart spreken door gulle vrije giften.

Fluvius-CEO Frank Vanbrabant: “Het vooropgestelde doel was 50 000 euro inzamelen. Daarvoor kunnen de Voedselbanken 100 000 maaltijden aanbieden. Dat we afklokken op meer dan het dubbele, is zonder meer fantastisch. Het toont dat onze collega’s het hart op de juiste plaats dragen. Mijn oprechte dank aan iedereen die zijn of haar steentje bijdroeg.”

Voedselbanken: ‘Fluvius-medewerkers tonen zich van hun warmste kant’

Piet Van Themsche en Jozef Motart, respectievelijk voorzitter en gedelegeerd bestuurder van de Voedselbanken, namen op maandag 10 januari de cheque van 100 222,35 euro in ontvangst.

Piet Van Themsche: “We zijn zeer dankbaar voor deze gulle gift. Dit is meer dan een verdubbeling van het bedrag dat we vorig jaar in ontvangst mochten nemen. De Fluvius-medewerkers hebben zich van hun warmste kant getoond.”

Jozef Motart: “De Voedselbanken voorzien maandelijks 177 000 mensen van essentieel voedsel. Het ingezamelde bedrag is daarbij zeer welkom en zal goed besteed worden. Hartelijk bedankt, ook namens alle vrijwilligers en klanten van de Voedselbanken.”